0129114
Preparaat van de groep die een stof voor plaatselijke verdoving en een cortisonderivaat bevat, voor de behandeling van ontstekingsziekten ter hoogte van de aars, zoals:
Voor uitwendig en rectaal gebruik.
Gebruik Scheriproct niet:
Welke stoffen zitten er in Scheriproct?
Chypre-parfumolie bevat de volgende allergenen: 3-methyl-4-(2,6,6-trimethyl-2-cyclohexen-1-yl)-3- buten-2-one; benzylalcohol; benzylbenzoaat; benzylcinnamaat; benzylsalicylaat; cinnamal; cinnamyl alcohol; citral; citronellol; coumarine; eugenol; farnesol; geraniol; hydroxycitronella; isoeugenol; linalool; limoneen (d- en l-limoneen); eikenmos.
Dit middel is geschikt voor uitwendig en rectaal gebruik.
De behandelingsduur met Scheriproct zou de 1 à 2 weken niet dienen te overschrijden. Indien na 2 weken geen genezing is opgetreden, dient u een arts te raadplegen.
Alvorens u Scheriproct aanbrengt, bij voorkeur na de stoelgang, moet de anusstreek zorgvuldig gereinigd worden.
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben. Niet iedereen krijgt daarmee te maken.
Soms
een branderig gevoel in de anale zone (na het aanbrengen) wazig zien
Zelden
allergische huidreacties irritatieverschijnselen
Langdurig gebruik van Scheriproct (meer dan 4 weken) kan de volgende toestanden veroorzaken:
huidverdunning (atrofie) (tijdelijke) aan de behandeling tegengestelde effecten (reboundeffect)
Langdurig gebruik kan ook het volgende veroorzaken (zie rubriek: "Heeft u te veel van Scheriproct zalf gebruikt?")
een cinchocaïne intoxicatie (misselijkheid, braken, tremor, krampen tot ademverlamming, evenals hartproblemen zoals traag hartritme (bradycardie), verlaagde bloeddruk, onregelmatige hartkloppingen (aritmieën) tot hartstilstand) een remming van de hypothalamus-hypofyse-bijnier-as (HPA: een kettingreactie tussen deze 3 klieren, die uiteindelijk leidt tot de productie door de bijnieren van het stresshormoon cortisol): dit kan een invloed hebben op de manier waarop u op stress reageert
corticosteroïden-intoxicatie (hypercorticoïdisme) bij chronische overdosering
Corticoïden kunnen de wondgenezing vertragen.
Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
Steroïdenonthoudingsreactie:
Bij te vaak gebruik, op langere delen van de huid of verkeerd gebruik gedurende langere perioden kan na het stoppen van de behandeling een onthoudingsreactie optreden, met enkele of alle volgende kenmerken: roodheid van de huid die zich buiten het eerste behandelingsgebied uitstrekt, een brandend of prikkend gevoel, hevige jeuk, vervelling, sijpelende open zweren
Verwittig uw arts zeker, als u één van de volgende middelen gebruikt:
Sommige geneesmiddelen kunnen de effecten van Scheriproct vergroten en het kan zijn dat uw arts u zorgvuldig wil controleren als u deze geneesmiddelen gebruikt (waaronder enkele geneesmiddelen voor hiv: ritonavir, cobicistat).
Geneesmiddelen zoals fenytoïne en fenobarbital. Deze kunnen een wisselwerking met Scheriproct hebben.
Bepaalde ontstekingsremmers. De bijwerkingen van deze middelen op uw maagslijmvlies zouden versterkt kunnen worden.
Bepaalde waterafdrijvende middelen. Bij gebruik van dergelijke middelen, kan het zijn dat uw lichaam meer kalium dan gebruikelijk uitscheidt.
Wanneer u Scheriproct op de correcte wijze gebruikt, zal het product nauwelijks in uw bloed terechtkomen, en loopt u minder risico's op wisselwerkingen.